Single posture practice bestaat uit het voortdurend herhalen van een zelf gekozen overgang van de ene houding naar een andere. Door deze herhaling kun je de complexiteit gaan doorgronden van de lichamelijke processen en hoe dat samenhangt met intentie, waarneming en bewustzijn.
Op de keper beschouwd is single posture practice de vroege manier van taijiquan beoefening voordat al die aparte bewegingen (ook wel de dertien houdingen genaamd) in een choreographie tot een taijivorm verworden is. In “retreat and repulse monkey” en in “wave hands in clouds” zie je dit aloude single posture practice nog terugkomen in de taijihandvorm.
In single posture practice kijken we eerst naar de fysieke bewegingsafloop, vervolgens dienen de bewegingen van de verschillende lichaamsdelen gesynchroniseerd te worden. Dit is het makkelijke gedeelte en waar in het algemeen taijibeoefening bij blijft steken.
Dan komen de interne processen aan de beurt zoals ontspanning, zinken, het differentieren van yin en yang, central equilibrium en het bewegen vanuit het midden. Welke intentie beweegt wat en hoe en wat neemt het bewustzijn waar vanaf de opwekking van de intentie tot de uiteindelijke fysieke beweging aan toe.
Jin ( calmness of the mind) en Ding (stillness in body and mind) zijn essentieel om deze processen in meditatief bewegen te begeleiden.
Het moeilijkste gedeelte en wat veel oefening vereist is om alles met elkaar te verbinden zodat de ene beweging de andere opwekt of stuurt wat samengevat terugkomt in de zinnen: “The base is moving the body, the body is moving the arms” ; “when one part moves everything moves” en “when one part arrives everything arrives”.
Fixed pattern pushing hands is eigenlijk een voortdurende single posture practice met z’n tweeen. Moeilijk is om de mind op de interne processen te houden terwijl er ook aan een opdracht gewerkt moet worden die buiten je ligt namelijk het pushen of bewegen van de partner.